Het clashen van modellen doen we bij MVRO in Solibri. In Solibri laadt je de verschillende modellen die je hebt ontvangen van je partners (of van de tekenkamer) in. Deze modellen ga je controleren aan de hand van classificaties en rulesets. Wanneer de informatie in elk model afzonderlijk is geverifieerd, worden de verschillende modellen bij elkaar opnieuw geverifieerd t.o.v. elkaar. Daarna valideren we de modellen handmatig om te kijken of er nog “foutjes” in zitten die nog niet in classificaties of rulesets zijn ondervangen (deze foutjes proberen we vervolgens te vertalen naar betere classificaties of rulesets).
De opmerkingen die geformuleerd worden uit deze controles worden gedeeld via BCF, een soort digitale post-it’s. Nadat onze partners de opmerkingen hebben verwerkt, sturen zij nieuwe versies van hun modellen op. de cyclus begint vervolgens overnieuw, waarbij we weer verifiëren en valideren. De tweede (en volgende keren) gaan vaak sneller, omdat je dan werkt vanuit de eerder geformuleerde opmerkingen. Bij deze controle is het doel alle openstaande opmerkingen weg te werken, maar vaak lukt dit nog niet na één ronde. De overgebleven opmerkingen worden wederom gedeeld met de partners en een nieuwe cyclus start. Dit wordt uitgevoerd tot de kwaliteit van het model goed genoeg is (100% goed is veel duurder dan dat die laatste 3% aan waarde oplevert, sommige “schoonheidsfoutjes” moeten soms omwille van de voortgang geaccepteerd worden).
Nadat de modellen van de partners van voldoende kwaliteit zijn, wordt er akkoord op deze modellen gegeven en kunnen de partners hier 2D output (tekeningen) van genereren, bestellingen uitvoeren of pre-fabricage starten. De basis hiervoor is het model. Objecten die aankomen bij de uitvoering maar niet binnen de marges van de gemodelleerde objecten passen, zijn direct toe te wijzen als foutief (faalkosten dus).
